Sportrolstoel

Het woord zegt het al: Sportrolstoel. Deze stoel is anders dan voor dagelijks gebruik. Sterker nog, met een ADL stoel gaan badmintonnen is gevaarlijk. De reikwijdte bij het badmintonnen op je stoel kan best groot zijn, en bij een ADL ga je dan zeker onderuit. Daar zit niemand op te wachten. Dus voor je eigen veiligheid en die van anderen is het gewenst om een sportrolstoel te gebruiken.

Uiteraard kun je op de tweedehands markt een blik werpen om te kijken of je daar een sportrolstoel kan bemachtigen. Zeker als je nog niet helemaal zeker bent van je sport, is dit het overwegen waard. Maar onthoudt wel dat voor het badmintonnen specifieke kenmerken gelden voor de stoel. De anti-kiepwiel achter moeten nl. buiten je hoepelwielen komen te staan. Anders gezegd: Als je vanaf de zijkant de stoel bekijkt, moet het anti-kiepwiel achter buiten de hoepels steken.

Anders dan bij bijv. contactsporten zoals rolstoelbasketbal, moet het anti-kiepwieltje bij badminton langer zijn dan de hoepels. Bij rolstoelbasketbal mag die niet, omdat als iemand achter je langs rijdt, deze niet wordt gelanceerd via jou anti-kiepwieltje.

Dat bij badminton het anti-kiepwieltje langer moet zijn, is gelegen in het feit dat je soms (voor wie dat kan) soms horizontaal in je stoel ligt, om de diepe shuttle te halen! Dan moet je wel in balans en evenwicht zijn met je stoel. Is je anti-kiepwiel nl. te kort, val je achterover.

Daarnaast is een sportrolstoel zeker niet geschikt voor dagelijks gebruik. We noemen een aantal verschillen op t.o.v. je ADL stoel:

Wielen staan schuiner. Dit maakt de stoel wendbaar en stabiliteit.
Een sportrolstoel heeft een vast en stijf frame. Dit komt ook de stabiliteit ten goede.
En al eerder genoemd, de vaste anti-kiepwiel.

Recht op ondersteuning vanuit de WMO

Wie een rolstoel of ander hulpmiddel aanvraagt bij de gemeente krijgt al snel te maken met een standaardpakket. Dit pakket is tot op zekere mate beperkt omdat hierover sterk is onderhandeld. En daarbij is standaard lang niet bij iedereen van toepassing.

Ook mensen met een beperking hebben het recht om te kunnen sporten. De gemeente is verplicht hierbij zijn medewerking te verlenen. Via de Wet Maatschappelijke Ondersteuning kun je een PGB aanvragen voor een sportvoorziening. Met dit geld kun je je een op maat gemaakte sportrolstoel aanschaffen. Let op! Koop niet eerst een sportrolstoel en ga dan een PGB aanvragen. Want dan heb je je recht verspeeld.

We hebben een aantal regels uit de WMO voor je op een rijtje gezet:

WMO regels

Artikel 2.3.6 van de Wmo
Het persoonsgebonden budget (pgb)

De hoofdregel:

Je mag als cliënt zelf kiezen voor een persoonsgebonden budget (lid 1).

De bijregels:

Je moet (lid 2a) wel redelijkerwijs in staat zijn dit zelf te bepalen en te beheren. Als je een gewone weldenkende Nederlander bent mag dit geen probleem zijn en kan de gemeente het pgb op deze grond niet weigeren.
Je moet er zelf om vragen (lid 2b).
Je mag geen gevaarlijke of hele slechte spullen uitkiezen (lid 2c)
Die spullen moeten bovendien geschikt zijn voor het doel: een rolstoel moet bijvoorbeeld kunnen rijden (lid 3).
De gemeente kan bepalen of je het pgb gebruikt om vrienden en bekenden mee te betalen (lid 4).
De gemeente kan weigeren meerkosten te betalen indien je iets wilt inkopen dat uit het standaardpakket goedkoper te krijgen is (lid 5a).
Ook kan de gemeente weigeren als je misleidende gegevens heeft verstrekt (lid 5a) of al eerder misbruik heeft gemaakt van een pgb (lid 5b).

Artikel 2.3.2 van de Wmo
Het persoonlijk plan (pp)

De hoofdregel:

Bij jouw Wmo-aanvraag kun je een persoonlijk plan overhandigen (lid 2).

 De bijregels:

In dit plan zet je welke ondersteuning volgens jou het meest aangewezen is en wat jouw omstandigheden zijn (lid 2).
‘Omstandigheden’ zijn: jouw behoeften, persoonskenmerken en voorkeuren, wat je zelf al zonder steun kan doen, wat voor mantelzorg er al dan niet is, wat die mantelzorger eventueel aan steun nodig heeft, en wat je eventueel al van de ziektekostenverzekeraar krijgt (lid 4).
Indienen kan tot zeven dagen na jouw Wmo-aanvraag (in de wet wordt gesproken van ‘melding’, lid 2)

Je schrijft hiermee jouw eigen indicatie. Moeilijk is dit niet: je bent zelf immers de beste kenner van jouw mogelijkheden en onmogelijkheden.

Tips

Voor informatie over hulpmiddelen kun je het best direct terecht bij de leveranciers
Check altijd de plaatselijke verordening (staat op de website van de gemeente)
Blijf vriendelijk
Help de gemeente-ambtenaar je te helpen, stel gerust vragen
Maak indien nodig gebruik van de beroepsprocedure
Dop jouw eigen boontjes: doe zoveel mogelijk zelf
Het helpt altijd als je een advies van een ergotherapeut kunt overleggen